Voldoen aan de eisen van de Belastingdienst bij BPM-taxatie? 3 tips!
De Belastingdienst controleert strenger en nauwgezetter op juiste data na een BPM-taxatie. Daarom delen wij 3 tips met u, want een gewaarschuwd mens telt voor twee.
Wij zetten de feiten op een rij.
Let op de volgende voorwaarden:
- De opnamedatum van het voertuig moet vóór de RDW-keuringsdatum plaatsvinden.
- De opname mag niet langer dan 1 maand vóór de RDW-keuringsdatum liggen.
- Het taxatierapport mag niet ouder zijn dan 1 maand.
Voorbeelden ter verduidelijking
Voorbeeld 1
U heeft een auto staan die u al aanmeldde bij de RDW en als goedkeuringsdatum 01-08-2022 heeft gekregen. Deze auto heeft u inmiddels verkocht en u besluit een BPM-taxatie te laten uitvoeren. De opnamedatum ligt in dit geval ná de RDW-goedkeuringsdatum.
Het taxatierapport met bijbehorende BPM-aangifte voldoet hierdoor niet aan de voorwaarden (zie voorwaarde 1). De kans dat het taxatierapport niet in behandeling wordt genomen is aanzienlijk.
Voorbeeld 2
U heeft een opdracht verstrekt een taxatierapport op te maken. Het voertuig werd getaxeerd op 15-08-22 en werd uitgewerkt op 16-08-2022. Vervolgens keurt de RDW het voertuig of u kiest voor de Versnelde inschrijving.
Het voertuig krijgt 10-10-2022 als RDW-goedkeuringsdatum. Vervolgens stuurt u het taxatierapport samen met de BPM-aangifte op 11-10-2022 naar de Belastingdienst.
In dit geval ligt de opnamedatum wel vóór de RDW-goedkeuringsdatum, maar de opname mag niet langer dan 1 maand voor de RDW-keuringsdatum liggen, én het taxatierapport mag niet ouder zijn dan 1 maand.
Ook in dit geval voldoet het taxatierapport met bijbehorende BPM-aangifte niet aan de voorwaarden (zie voorwaarde 2 en 3). De kans dat het taxatierapport niet in behandeling wordt genomen is aanzienlijk.
Wilt u op de hoogte blijven van BPM-nieuwtjes en tips? Meld u aan voor de nieuwsbrief.